Rob Veldhuis, oud-marinier en operator bij een sleepbootbedrijf, houdt van fysieke uitdagingen en gaat dan meteen tot het uiterste. Hij doet aan obstacle runs. ‘Je stoot van alles, krijgt een schoen tegen je hoofd en komt niet zonder blauwe plekken over de streep.’
Wat is eigenlijk een obstacle run?
‘Een wedstrijd waarbij je individueel of met een team zo snel mogelijk allerlei hindernissen neemt. Drie meter hoge schuttingen bijvoorbeeld, onder prikkeldraad door kruipt of met behulp van ringen een rivier over. Meestal is er een thema. Er wordt bijvoorbeeld nagebootst dat je in een militair gebied zit en voedselpakketten naar burgers moet brengen.’
Zwaar zeker?
‘Het is behoorlijk pittig. Je kunt je stoten en verstappen of je krijgt een schoen tegen je hoofd en komt dan niet zonder blauwe plekken over de streep. Bij een vorige run kneusde ik een rib tegen een houten schot. Ik kreeg moeite met normaal ademhalen en kwam aangeslagen en uitgeput over de finish. Maar dat hoort erbij, het is geen sport voor watjes.’
Pas je extra op voor je stoma?
‘Nee, niet echt, ik trek wel altijd een extra shirt aan dat strak in mijn sportbroek zit. Anders loop je het risico dat de plak loslaat als je door de modder kruipt. Verder spoel ik de dag ervoor mijn darmen zo schoon mogelijk, zodat ik op de wedstrijddag bijna geen ontlasting krijg in mijn zakje. Voor mij is de stoma zelf dus geen obstakel.’
Je bent iemand die sportieve grenzen opzoekt.
‘Misschien komt dit omdat ik marinier ben geweest. Ik ga graag uitdagingen aan en doe dan het uiterste. Ik kano veel, doe aan bootcamp en maak binnenkort een schaatstocht van 150 kilometer op de Weissensee in Oostenrijk. Dat is in het kader van Schaats voor Kika, want daar voel ik me bij betrokken.’
Wat doe je in het dagelijks leven om de overlast te beperken?
‘Om de dag mijn darmen spoelen. Helaas is dit niet voor iedere stomadrager weggelegd, maar het geeft mij veel vrijheid. Het houdt je bovendien schoon en de huid in een goede conditie.’
Je wil zeggen: met een stoma kun je een normaal leven leiden.
‘Het is een kleine handicap die je niet hoeft te blokkeren. Dat begint bij mij al dat ik er niet snel over zal vertellen. Dan stel je je zwakker op. Zo van: O, hij heeft een stoma, hij is zielig, houd er rekening mee. Negen van de tien kennissen weten niet dat ik een stoma heb. Mensen merken het meestal niet op. Mijn boodschap is: laat dat zo.’
Tekst: Hans Vinkeveen, Foto: Joris Aben