Frans de Koning (67) heeft vanaf zijn geboorte een stoma en groeide op in een tehuis voor kinderen met een lichamelijke handicap. Nu werkt hij er als vrijwilliger. ‘Ik vind het belangrijk om iets terug te doen. Hier ben ik gevormd tot de persoon die ik ben.’
Waarom kreeg u direct na uw geboorte een stoma?
‘Ik ben geboren zonder sluitspier, er was geen uitgang voor de ontlasting. Een stoma was dus onvermijdelijk. Hierdoor heb ik nooit thuis kunnen wonen. Mijn ouders hadden tien kinderen en ik had veel zorg nodig. Zo ging dat toen.’
Waar groeide u op?
‘Ik zat vanaf mijn zesde jaar in Zonhove, een tehuis in Son voor kinderen met een lichamelijke handicap. Ik heb daar een heel gelukkige jeugd gehad. We sliepen met z’n achttienen op een zaal, voor mij waren dat allemaal broertjes. Verder deden we alles wat jongens doen. Hutten bouwen, in bomen klimmen, en ja, ook kattenkwaad uithalen. Het tehuis was mijn thuis, de hoeksteen van mijn bestaan. Ik heb er geleerd te knokken en hoe je moet leven.
Wat bedoelt u hiermee?
‘Ondanks mijn stoma en het feit dat ik helaas woordblind ben, wilde ik niet afhankelijk zijn van anderen. Ik houd er niet van om te zeggen dat ik iets niet kan en kom als het moet voor mezelf op.’
Hoe gaat u om met uw dyslexie?
‘Wat helpt, is dat ik het altijd eerlijk zeg. Het lezen is een gemis in mijn leven, maar voor de rest mag ik niet klagen. Ik heb eerder het gevoel dat ik bevoorrecht ben.’
Wanneer kwam bij u het besef dat een stoma anders is?
‘Dat zal rond mijn achtste zijn geweest. Achteraf ben ik blij dat ik toen in het tehuis zat. Er waren meer kinderen met incontinentieproblemen. Zonder het tehuis had ik minder gedurfd en er schaamte bij gehad.’
U hebt een halve eeuw stomatechnieken meegemaakt.
‘In het begin was het geen rozengeur en maneschijn. Ik droeg luiers met zwachtels van papiervezel dat op den duur verbrokkelde. Later kreeg je ijzeren bakjes die je aan een korset droeg. Je buik werd schoongemaakt met kamfer. Daar had ik gloeiend de pest aan, want dat prikte ontzettend. Het huidige stomazakje is een zegen.’
En u bent weer terug in Zonhove, maar nu als vrijwilliger.
‘Ik vind het belangrijk om iets terug te doen. Hier ben ik gevormd tot de persoon die ik ben. Ik ben terug op de plek waar mijn roots liggen. De cirkel is rond.’
Tekst: Hans van Vinkeveen, Beeld: Joris Aben