Uit een stukje dunne darm van 40 tot 60 centimeter wordt een nieuwe blaas gevormd. De blaas wordt aangesloten op de plasbuis zodat de urine via de normale weg het lichaam kan verlaten. Net als voor de operatie, voorkomt de sluitspier dat de urine vanzelf naar buiten loopt. Na de operatie wordt er tijdelijk een blaaskatheter geplaatst. De uroloog bepaalt wanneer deze verwijderd mag worden. Meestal is dit een paar weken na de operatie.
Na de operatie
Het herstel van een neoblaasoperatie duurt meestal 3 tot 6 maanden. Sommige mensen zijn daarna al snel in staat om de draad weer op te pakken, anderen doen er wat langer over. En sommige mensen worden nooit meer helemaal de oude.
Zelf plassen
Een paar weken na de operatie wordt de blaaskatheter verwijderd. Je moet dan zelf gaan plassen. Dat zal anders gaan dan toen je je eigen blaas nog had. Het gevoel van aandrang voelt als een drukkend gevoel in je onderbuik dat soms pijnlijk is. Dit is het teken dat de blaas leeggemaakt moet worden. Je zult regelmatig naar het toilet moeten om te plassen. In het begin is dat iedere 2 uur, zowel overdag als ’s nachts. Later kan dat om de 3 tot 4 uur worden.